De officiële definitie is:
“Een erfdienstbaarheid of servituut is een zakelijk recht, en wel een last, waarmede een onroerende zaak – het dienend of lijdend erf – ten behoeve van een andere onroerende zaak – het heersend erf – is bezwaard. Een erfdienstbaarheid kan ontstaan door vestiging of door verjaring of kan door de wet worden opgelegd. De last die een erfdienstbaarheid op het dienende erf legt bestaat in een verplichting om op, boven of onder een der beide erven iets te dulden of niet te doen. In de akte van vestiging van een erfdienstbaarheid kan aan de eigenaar van het heersende erf de verplichting worden opgelegd aan de eigenaar van het dienende erf op al dan niet regelmatig terugkerende tijdstippen een geldsom – de retributie – te betalen. Verjaring houdt in dat iets al lang is geduld, en dat dit dulden daardoor vervolgens een verplichting wordt.”
Heel simpel: je hebt voor jouw eigendom een nut of gebruik nodig van een andermans eigendom of omgekeerd.
Bijvoorbeeld: stel dat jouw eigendom niet direct aan de openbare weg ligt en je mag bijgevolg over een deeltje van de oprit van jouw buur rijden om zo de openbare weg te bereiken, dan is er op het eigendom van jouw buur (= lijdend of dienend erf) een erfdienstbaarheid ten voordele van jouw eigendom (= heersend erf). Het lijdend erf staat een voordeel toe aan het heersend erf.
Ok, dat klinkt logisch.
Maar stel dat jouw heel sympathieke buur zijn eigendom verkoopt aan een minder vriendelijke man. En nu? Zal je nu niet meer over het deeltje van het perceel van jouw nieuwe buur mogen rijden? Natuurlijk wel, erfdienstbaarheden worden immers notarieel vastgelegd en worden telkens in elke toekomstige verkoopakte overgenomen. Erfdienstbaarheden zijn in principe eeuwigdurend.
Er bestaan veel verschillende soorten erfdienstbaarheden. Hieronder vind je kort welke soorten er bestaan en wat het betekent:
Ben je eigenaar van het perceel waarop een erfdienstbaarheid rust (dus het lijdend erf), dan moet je deze erfdienstbaarheid respecteren. Je mag dus geen veranderingen aan jouw perceel aanbrengen, die de situatie van het heersend erf dermate zou veranderen of bemoeilijken.
Maar wat als je na verloop van tijd dan toch de situatie grondig zou willen veranderen en dat deze erfdienstbaarheid dit in de weg staat? Dan mag je altijd aan jouw buurman, de eigenaar van het heersend erf, een waardig alternatief aanbieden die voor jou de last van de erfdienstbaarheid vermindert. De erfdienstbaarheid mag echter niet bemoeilijkt worden, maar kan dus wel lichtjes wijzigen qua concrete afspraken. Jouw buurman kan hier eigenlijk niets tegenin brengen.
De kosten voor het onderhoud of verbeteren van het deel van jouw perceel waarop de erfdienstbaarheid van toepassing is, blijven steeds ten koste van jou en kan je niet doorrekenen naar jouw buurman die er desondanks ook gebruik van maakt.